Het leed wat huisdier heet

dierenarts

je huisdier, je kind en de dierenarts.

Een voordeel van een huisdier hebben: uit veel studies blijkt dat kinderen die met een huisdier opgroeien over het algemeen meer zelfvertrouwen, empathie en verantwoordelijkheidsgevoel hebben. Ook zijn zij als volwassene vaak sociaal vaardiger. Op alle leeftijden kan het omgaan met een dier positieve effecten hebben. Een nadeel is dat huisdieren niet onsterfelijk zijn.

Laatst vroeg een buurvrouw aan mijn zoontje of wij ook huisdieren hebben. “Ja, wij hebben drie katten.” Zei hij vastberaden en gauw gevolgd door een serieuze blik: “Maar één is nu dood. Murdock. Die had veel pijn in zijn pootjes en toen heeft de dierenarts hem doodgemaakt.”

Onze lieve Murdock is niet meer. Op Goede Vrijdag is hij heengegaan. Ruim een week voordat hij op mijn schoot is ingeslapen bij de dierenarts, vierden mijn zoontje en ik de 14e verjaardag van Murdock en zijn zusje Nina. Dat Murdock zo oud zou worden, had niemand gedacht. De moederpoes, mijn (doorgefokte?) Maine Coon, overleed al aan een hartstilstand toen ze 6 jaar was. Vlak na zijn geboorte stootte ze Murdock af. Zo gaat dat in de natuur als je wat mankeert. Zijn zusje had slechts een knikstaart en die mocht nog wel bij haar komen.

Murdock kon niet lopen, want zijn pootjes stonden niet goed. “Zwemmerspootjes” noemen ze het, omdat de pootjes in een zwemstand staan, in plaats van gewoon naar beneden gericht. Meestal komt dat voor bij achterpootjes, maar bij Murdock stonden ook zijn voorpootjes de verkeerde kant op. Behalve dat, miste hij een groot deel van zijn staart. De staartwervels die hij wél had, zaten aan elkaar vast. Daardoor kon zijn staart niet bewegen en door die harde punt kon hij ook niet zitten. Hij had aan één pootje een teentje te weinig en op een ander eentje te veel.

Murdock en de dierenarts

murdock ingetapet

Steeds toen ik hem als kitten naast zijn zusje aanlegde om te drinken, liep zijn moeder dus gelijk weg. Murdock zijn pootjes werden elke week getapet door de dierenarts om ervoor te zorgen dat hij met alle pootjes op de grond zou kunnen staan en ik ging tijdens de pauzes van mijn werk snel naar huis om hem te voeden. Helaas heeft hij nooit goed geleerd om zindelijk te worden, maar dat nam ik voor lief. Eén blik van die prachtige ogen – één groene en één blauwe had hij – en een harde PRRR (wat ik aannam voor “Sorry!”) maakte alles weer goed.

Mijn zoontje is 5 jaar en is dus met ze opgegroeid. En ook met het vele schoonmaken wat daarbij hoorde. Zodra hij zelf kon lopen, wilde hij me daar al bij helpen. Als een echte dierenverzorger, wat hij later dus wil worden, maar – naar eigen zeggen – eigenlijk nu al is. Met Murdock had hij een speciale band. Hij vertelde aan hem wat hij had meegemaakt die dag. Aaide hem graag over zijn lange haren, wilde per se mee als we naar de trimsalon gingen om Murdocks lange haren goed te laten uitkammen en hier en daar wat te knippen en/of scheren. Ook ging mijn zoontje mee naar dierenarts bezoekjes waar hij zijn beste vriend troostende woorden toesprak. En in zijn broekzak zaten natuurlijk de nodige snoepjes voor hem. Als katten konden lachen, weet ik zeker dat Murdock met een hele grote glimlach zou laten zien zodra hij mijn zoontje zag. En dat ging geheel wederzijds trouwens.

Sinds hij laatst onder narcose zijn gebit moest laten reinigen, was de oude Murdock letterlijk ineens oud geworden. Hij spuugde twee keer per dag zijn eten uit en het lopen ging erg achteruit. Waar hij voorheen als een konijntje huppelde, ja zo zag het er écht uit, strompelde hij nu als een oud mannetje vanaf zijn favoriete ligplek. In een poging om ons bij thuiskomst te komen begroeten, moest hij na een paar stappen alweer liggen. Het beestje had duidelijk pijn.

Speciale spuitjes

Aan mijn zoontje legde ik uit dat er voor dieren die zoveel pijn hebben speciale spuitjes bestaan bij de dierenarts. “Krijgt hij dan een bloedprik?” “Nee, het is een speciaal spuitje om te gaan slapen. En als hij dan slaapt, dan geeft de dierenarts een ander spuitje waardoor hij nooit meer wakker wordt.” “Dus de dierenarts maakt hem dood?” “Ja…” “Dan vind ik het een DOMME dierenarts! Die kan toch een ander spuitje geven om hem geen pijn meer te laten hebben?” “Die hebben ze ook, maar dan moet hij heel vaak in de box naar de dierenarts, wat hij niet leuk vindt. En steeds weer bang zijn voor die spuitjes. En dan weten we nog niet zeker of dat wel echt gaat helpen. Dat vind ik heel zielig voor Murdock.” Ik kon mijn tranen niet meer bedwingen, we hebben samen gehuild. “Voor ons is dit heel verdrietig, maar soms moet je kiezen wat voor een ander het beste is.”

Ik vertelde mijn zoontje over Pipo. Toen ik een kleuter was, hadden wij een tamme grasparkiet thuis. Hij kwam naar je toe vliegen als je hem riep, kon kusjes geven, at gevraagd én ongevraagd uit je hand en speelde lopend op de grond verstoppertje met ons. Ook genoten mijn broertje en ik ervan wanneer hij al lopend door ons van Duplo gemaakte doolhof de uitgang wist te vinden.

Op een dag zat hij zielig op de grond in zijn kooitje. Dat was wel eens eerder gebeurd, toen heeft mijn vader hem opgelapt door hem via een spuitje een antibioticum te geven. Dit keer hielp dat niet. Mijn vader had vrij genomen om met zijn kleine vriend (mijn vader en Pipo waren onafscheidelijk) naar de dierenarts te gaan. Toen we uit school kwamen, was de kooi leeg. Pipo lag in een klein kartonnen doosje. We hebben hem niet meer gezien. Hij werd achter in de tuin begraven.

Ik vroeg mijn zoontje of hij met me mee wilde naar de dierenarts. Dat wilde hij niet. En ook niet daar op de gang wachten voor als hij ineens toch bedacht dat hij erbij wilde zijn.

Murdock ging toen het gebeurd was weer mee naar huis en ik legde hem op zijn favoriete ligplek. Wel met een matje eronder, want er kon nog het één en ander uitlopen. Voor onze andere twee katten was het nu ook duidelijk dat Murdock dood is. Ze zagen het meteen, maar snuffelden toch nog even een laatste keer van dichtbij.

Afscheid

Ik haalde mijn zoontje van de opvang en hij mocht zelf kiezen of hij wilde kijken in de kattenkamer. Zonder twijfel liep hij naar binnen en ging hij voor Murdock staan, zoals hij altijd deed. “Het lijkt of hij slaapt.” “Ja hè? Hij heeft nu gelukkig geen pijn meer. Je mag hem best nog even aaien hoor. Het voelt hetzelfde. Hij is nu nog warm en slap. Als we vanavond gaan slapen, dan is hij koud en stijf en dan voelt het een beetje anders.” Een pruilende lip. En een traan over zijn wang. “Ik wil niet dat Murdock dood is, mama,” zei hij met een trillend stemmetje. Ik ging naast hem zitten en sloeg mijn arm om hem heen. Hij kroop bij me op schoot en zo hebben we huilend een tijdje naar de dode, lieve Murdock zitten kijken.

Hoewel mijn zoontje voorstelde om hem op te zetten, zodat we hem voor altijd konden blijven zien, brachten we Murdock de volgende dag naar het uitvaartcentrum voor huisdieren. We zochten een urn uit, unaniem en zonder twijfel degene die volgens ons het beste bij hem paste. En thuis hing ik een mooie foto van Murdock op waar mijn zoontje nog vaak naartoe loopt als hij aangeeft dat hij hem mist, meestal wanneer hij de andere katten hun brokjes geeft. De tijd zal het leren wanneer die brok in mijn keel zal verdwijnen. 

Lees van Delicia ook hoe krijg ik mijn uitslapende zoon uit bed

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *