Wat is een resus baby?

resus baby

Over wat nu precies een resus baby is, bestaan nog veel vragen en vaak ook vooroordelen. Dat is helemaal niet nodig! In dit artikel leggen we uit wat een resus factor nu precies is. Mocht je vragen hebben: laat het weten!

Resus baby

De naam ‘resus baby’ heeft  nog steeds een nare klank. Dat komt doordat vroeger ongeveer de helft van de resus baby’s overleed. Baby’s die het wel overleefden, konden er nare afwijkingen aan overhouden. Het was pas in 1940 dat men de werking van de resusfactor ontdekte. En het duurde nog eens ruim 10 jaar voor men wist hoe er mee om te gaan. De resusfactor is vernoemd naar de resus aapjes, waar zij voor het eerst waargenomen werden.
Omdat we er nu zo veel van weten en dank zij de goede medische zorg, komt een resusbaby in ons land nog maar nauwelijks voor. Je hoeft er dus niet bang voor te zijn.

Wat is een resus baby

Je kunt in principe van een ‘resusbaby’ spreken, wanneer bij een resus-negatieve moeder antistoffen worden gevormd tegen de resus-positieve bloedcellen van de baby en wanneer deze antistoffen ook daadwerkelijk schade bij de baby gaan aanrichten. Die schade komt dan voort uit de afbraak van rode bloedcellen bij de baby.

Over bloedgroepen en positief en negatief

Er zijn zoals je vast wel weet 4 bloedgroepen. A, B, O of AB. Welke bloedgroep je hebt, daar kan je niks aan doen: je hebt hem geërfd van een van je ouders. Zoals je weet kan je iemand met bloedgroep A geen bloedgroep B toedienen. Dit zal leiden tot klontering of hemolyse (het leeglopen van de rode bloedcellen). De antistoffen in het bloed van iemand met bloedgroep A zullen de rode bloedcellen van bloedgroep B aanvallen en kapot maken. Antistoffen tegen de verschillende bloedgroepen zijn al vanaf de geboorte aanwezig.
Elke bloedgroep kan je in tweeën splitsen: met een positieve of negatieve bloedgroep. Er zijn meer mensen met een positieve dan een negatieve bloedgroep. Ook de resusfactor heb je geërfd. Voor de resusfactor in het bloed, gaat hetzelfde verhaal op als voor de bloedgroepen: je kan iemand met een positieve resusfactor geen bloed geven met een negatieve resusfactor.  Resus-negatief bloed zal als het in aanraking komt met resus-positief bloed dit aan gaan vallen. Normaal komt dit niet zomaar voor, alleen bij een bloedtransfusie kom je normaal gesproken in contact met ander bloed.
Samengevat: Je hebt een bloedgroep A  of B of O of AB en die bloedgroep is of resus positief of resus negatief. Je kunt alleen bloed verdragen dat van dezelfde bloedgroep is en met dezelfde resusfactor als jij hebt.

En wat betekent de resusfactor bij een zwangerschap?

Ook dan geldt dat iemand met resusnegatieve bloedcellen niet tegen resuspositieve bloedcellen kan. Als de aanstaande moeder resusnegatief bloed heeft en het nog ongeboren kind resuspositief is (omdat hij de resusfactor van zijn vader heeft), kan de moeder antistoffen gaan maken tegen de rode bloedcellen van haar eigen kind. Bij de eerste zwangerschap zal de antistofproductie nog maar gering zijn, maar bij elke volgende zwangerschap zal de reactie op de positieve bloedcellen van het kind heftiger worden. De antistoffen kunnen voor de vrouw zelf geen kwaad. Maar als ze het kind bereiken, kunnen er problemen ontstaan. De antistoffen kunnen namelijk ook daar tot de afbraak van rode bloedcellen overgaan. Het kind kan hierdoor niet alleen een meer of minder ernstige bloedarmoede oplopen, maar ook slechter gaan groeien. In nog ernstiger gevallen spreekt men dan van een ‘resus kindje’.

Hoe voorkomen we tegenwoordig een resus baby

Als een zwangere vrouw voor de eerste keer op controle komt bij de verloskundige, wordt haar bloedgroep en resusfactor bepaald. Bij resuspositieve vrouwen is er niets aan de hand, bij resusnegatieve vrouwen wel. Zij kunnen zwanger zijn van een resus baby.
Om te voorkomen dat de moeder antistoffen gaat vormen tegen haar foetus worden er in de dertigste week van de zwangerschap resus antistoffen in de moeder gespoten. Deze ingespoten antistoffen kunnen eventuele rode bloedcellen van de foetus laten verdwijnen, voordat het lichaam van de moeder zelf reageert. Het lichaam van de moeder wordt dus niet actief. Bij de bevalling volgt er vaak voor de zekerheid nog een injectie met antistoffen.
Deze antistoffen verdwijnen na maximaal een half jaar uit het lichaam van de moeder en zij heeft verder geen antistoffen meer tegen resuspositieve bloedcellen. De moeder kan zonder gevaar zwanger raken van een tweede kindje.

Persoonlijke noot:

Bij werd destijds niet opgemerkt dat ik een negatieve resusfactor heb, dat ontdekten ze pas toen mijn zoon een positieve resusfactor bleek te hebben. Geen nood, ik kreeg anti-D voor het geval ik nog een kindje zou krijgen.

Bron o.a.; http://modernehuisvrouw.blogspot.nl/2012/04
Wikipedia

lees ook: zit een tweeling in de familie?? Of niet?

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *